Sporting Martinus Veteranen 1 – Pancratius Veteranen 1: 0-1
Het is vrijdagavond. De avond voor de bekerwedstrijd tegen Sporting Martinus in Amstelveen. Locatie: kasteel Resseler in Sassenheim. Bartje K beschouwt voor. Hij pakt zijn iPhone erbij om enkele seconden erna – met een zorgelijk gezicht – aan de hand van de buienradar vast te stellen dat het de volgende dag tijdens de wedstrijd de hele tijd zal regenen. 'Nou en', zeg ik, 'dat doet het voor de tegenstander toch ook. Ik heb namelijk de overtuiging dat we Martinus gaan oprollen en wil geen negatieve gedachten toelaten. Niet bij mezelf, maar ook niet bij de andere Pancratiusveteranen die zich met een biertje in de hand nog zorgeloos aan het vermaken zijn op het landgoed van kasteelheer Eling. 'Ja maar', hoor ik iemand piepen. Dat wordt moeilijk. Ze zijn wel goed hoor Martinus. En vorig jaar..., huilie, huilie.... etc. ' Hoezo moeilijk? Ja, je maakt het jezelf moeilijk als je niet gelooft in een goed resultaat. Dan sta je voor het begin van de wedstrijd al met 1-0 achter, net als het Nederlands elftal tegenwoordig. De week ervoor stonden we in Uithoorn vlak voor de aftrap in een groepje bij elkaar. 'Daar hebben we vorig jaar 7-1 van verloren, dus we mogen blij zijn als we met een klein verlies weg kunnen gaan uit Uithoorn', zei Frank (zo, dan heb ik Frank vast genoemd, want die was er deze week niet). En je raadt al wat er gebeurde, we gingen de bietenbrug op. Ondanks twee magistrale doelpunten van Jan die nooit scoort, laten we ons kinderlijk eenvoudig wegzetten door de Legmeervogels. Mijn credo voor de wedstrijd tegen Martinus was op die vrijdagavond voor de wedstrijd daarom duidelijk: 'We gaan die jongens oprollen.' Om me heen, op die vrijdagavond, werd een beetje schamper gereageerd op mijn voorspelling. We misten een aantal sterkhouders en Keesie kon amper 11 fitte mannen bij elkaar gebeld krijgen, sputterden er nog een paar. Een aantal anderen bleef wijzen op de vermeende sterkte van Martinus en de door Bart gecheckte buienradar.
Maar ik ben een Cruyff-aanhanger. En die hanteert het credo: 'je moet de kwaliteiten WIE je hebt benutten'. Toegegeven, we missen een groot aantal kwaliteiten, maar É we hebben ook een aantal kwaliteiten op WIE we te weinig vertrouwen. Bijvoorbeeld op de Ronaldo-achtige rushes van Stefan die, gesteund door zijn favoriete zus Žn favoriete neefje de rechtsback van Martinus hŽlemaal de vernieling in speelde. Op het tanige, maar krachtige lijf van Koos Boering die bij gebrek aan rechtsbuiten om te verdedigen vanaf minuut ŽŽn met veel lef en een enorme drang naar voren zijn tegenstander opjoeg tot de achterlijn. Op de krijger Thieu die niet op een douwtje meer of minder kijkt en onvermoeibaar oorlog maakt (je moet er ook een ettertje bij hebben). Op de soevereine Dan die als Kaiser Franz Beckenbauer in zijn beste dagen, met grote souplesse met een enkele beweging zijn tegenstander op het verkeerde been zet om daarna de juiste voortzetting te kiezen. Op de uitschuifbenen van ausputzer Daan, de zwaan-kleef-aan mentaliteit van Bartje K waar je als tegenstander drie keer voorbij moet om uiteindelijk alsnog het duel te verliezen. En deze week gelukkig ook weer en keer op de aalgladde Cosie die een tegenstander graag laat geloven dat hij rustig kan opstomen naar het vijandelijk strafschopgebied om er dan plots alsnog tussen te zitten, weer een vijandelijke aanval vakkundig om zeep geholpen. Op de balvastheid van de Smoor die als nieuwkomer langzamerhand zijn draai begint te vinden om warempel af en toe opeens op te duiken in het vijandelijk strafschopgebied en nog bijna de keeper verraste met een lepe kopstoot in de verre hoek.
Als ex-jeugdleider weet ik dat ik nu door zou moeten gaan met namedropping om niemand tekort te doen, maar bijvoorbeeld Adriaan maakte vandaag het doelpunt en die noem ik dus niet, voordat hij naast zijn schoenen gaat lopen. We zijn goed bezig, maar dat kunnen we niet gebruiken de komende weken.
Kortom we hebben ongelooflijk veel kwaliteiten WIE we kunnen benutten om de rest van het seizoen ongeslagen te blijven. Maar kampioen word je pas met een hele goede bank. En die bank ’s goed. Om diverse kleinere en grotere pijntjes of gewoon andere verplichtingen (het is ten slotte geen profvoetbal) konden we geen beroep doen op Ron wiens scorend vernuft we node misten. Ook niet op Coen die waarschijnlijk weer de bloemetjes buiten moest zetten, op Alfred die nog net iets te geblesseerd was, maar er weer nadrukkelijk aan zit te komen. En ook niet op Kees H. (reden: onbekend). Eling had op zijn open-huisavond waarschijnlijk tŽ veel meters had gemaakt om zaterdagochtend nog fit aan de start te verschijnen. Laten we hopen dat hij snel weer een ander (stuk kleiner) huis koopt, want anders moeten we vrezen dat zijn spieren vaker overbelast zullen raken, al was het ook maar door de klauterpartijen die hij moet doen om in zijn bed te geraken. Elke dag je bed in moeten klimmen, is iets wat je als veteraan niet meer moet willen. En binnenkort verwacht ik toch Ard en Wesley weer terug op het veld, nog een extra kwaliteitsimpuls op respectievelijk het middenveld en in de punt van de aanval. Kortom: de concurrentie om de schaarse elf te vergeven posities zal moordend zijn en dat zal het resultaat zeker ten goede komen. En dan hebben we nog achter de hand de lang geblesseerden Pieter en Ed. Als deze twee kanjers hun rentree maken, kunnen onze tegenstanders het helemaal wel schudden. Met Ed erbij heb je toch een ÒstukjeÓ onverzettelijkheid erbij die je ÒabsoluutÓ kunt gebruiken. Pieter ontpopt zich overigens aan de zijlijn als een kritische, maar zeer stimulerende en waardevolle toeschouwer. Het spelletje als geen ander doorziend, stuurt hij de veteranen met gerichte aanwijzingen over het veld.
Over publiek gesproken; een niet onbelangrijke factor in het succes van deze zaterdagmiddag en ook eerdere zaterdagmiddagen die wij winnend afsloten, is het publiek. Het is een van de weinige statistieken die de Salad man NIET bijhoudt, maar de geblesseerden tonen hun enorme betrokkenheid door vrijwel iedere week aan de zijlijn te verschijnen. Met veel enthousiasme zweepten zij de veteranen op tot het laatste fluitsignaal om alles uit de oude gammele veteranenlijven te persen. En dat resulteerde in de verdiende winnende treffer van Adriaan op een dieptepass van Thieu. Tot het publiek hoorde deze week ook voetbalvrouw Sabine die aan de zijde van haar Ard haar voetbalkennis inbracht en haar eerste aanwezigheid dit seizoen direct beloond zag met drie punten. Helaas had voetbalvrouw Joanna (zij loopt 5 op 7) zich door de buienradar van Aad wijs laten maken dat het te slecht weer zou worden en was Mariska waarschijnlijk samen met Frank huisjes aan het kijken op de Veluwe. Zij misten dus de overwinning die de eerste van nog vele zal blijken te zijn. Aanstaande zaterdag gaan we eerst even VVC oprollen.
Paul